Kijkt u ook wel eens naar een programma als Pauw & Witteman of Studio Voetbal? Valt het u ook op hoe slecht daarin wordt gecommuniceerd? Dat heeft te maken met de opzet van het programma waarin de gasten, maar heel kort de tijd krijgen hun boodschap te vertellen. En het heeft ook te maken met de manier van communiceren, die gemeengoed lijkt te zijn geworden in onze maatschappij.
De kenmerken daarvan:
- niet echt naar elkaar luisteren;
- elkaar niet uit laten praten;
- redeneringen uitspreken die ongefundeerd zijn;
- een bewijs uit het ongerijmde geven.
En zo gaat het tegenwoordig ook vaak in organisaties. Met alle gevolgen van dien.
Niet oordelen
Kenmerkend voor de situaties waar ik zojuist over schreef is dat er geoordeeld wordt terwijl effectieve communicatie nu juist vraagt om niet-oordelen.
Met het geven van een oordeel is overigens niets mis als het er maar op een niet-oordelende manier wordt gecommuniceerd. Ik word regelmatig ingehuurd om een professioneel oordeel te geven. Bijvoorbeeld over de inrichting van de financiële processen of in een interim-opdracht over het functioneren van personeel. Klanten betalen me ervoor en verwachten dat ik oordeel geef en accepteren dat zolang ik niet-oordelend communiceer. Hoe komt het dat mijn mening in zo’n situatie wordt geaccepteerd? Daarvoor moet we eerst vaststellen wat precies oordelen is en wat niet-oordelend communiceren.
Wat precies is oordelen?
Oordelen doe ik wanneer ik een uitspraak doe zonder het kader te vermelden. Wanneer ik vergeet dat elke uitspraak op zich relatief is. Relatief betekent hier: afhankelijk van de context, of een kader. Want er is niets dat helemaal juist of onjuist, goed of slecht is. Dezelfde uitspraak kan binnen een bepaalde context heel goed passen, en binnen een ander kader helemaal de plank mis slaan. Ik oordeel dus wanneer ik uitspraken doe alsof die geldig zijn in alle mogelijke kaders.
Oordelen of contact maken
Wat vaak mis gaat in de organisaties is dat er wordt geoordeeld en niet echt contact wordt gemaakt. Echt contact maken, niet-oordelend communiceren, begint met me er bewust van te worden dat ik de ander niet ben. Dat wat ik denk, de manier waarop ik voel, wat ik belangrijk vind, niet is wat de ander denkt, voelt of belangrijk is. Want we hebben allebei gelijk vanuit onze eigen ervaring. Als ik oordeel over wat goed of niet goed is voor de ander, zegt dat alleen iets over hoe ik dat waarneem. Ik zeg dus alleen iets over mezelf, ik zeg niets over de ander. Wanneer ik op een goede manier contact maak met een ander, stop ik met uitspraken te doen over die ander, over wat goed en slecht zou zijn, wie gelijk of ongelijk heeft. Want zodra ik uitspraken doe over de ander ben ik contact aan het verliezen, ben ik met mezelf bezig, niet met de ander. Ik beoordeel de ander in plaats van er mee te communiceren. Oordelen is dus mijn gelijk opleggen aan de ander, contact maken is elk oordeel over de ander laten varen.
Dat maakt een beoordelingsverslag schrijven en een gesprek daarover voeren bepaald niet gemakkelijker. Als ik over mijn waarneming niet-oordelend wil communiceren ben ik verplicht heel duidelijk het kader te schetsen en nuances aan te brengen en heel precies aan te geven waar ik mijn oordeel op baseer. Wanneer ik daar moeite mee heb zegt dat niets over de ander. Het betekent alleen dat ik aan mezelf moet gaan werken.
Stoppen met oordelen
Oordelen scheidt mensen. Stoppen met oordelen brengt mensen bij elkaar. Hoe zou de wereld er uitzien als we die principes meer zouden toepassen? Op het werk, thuis, in de politiek, op televisie. Wie durft de uitdaging aan? En gaat er ècht mee aan de slag. Ik hoor graag wat het effect is.